Begroting 2020

Paragraaf: Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Beschikbare weerstandscapaciteit

Beschikbare weerstandscapaciteit

In onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de geprognosticeerde beschikbare weerstandscapaciteit per 31-12-2020.

Bedragen in duizenden euro's

Stand 31-12-2020

Algemene reserve

27.715

Begrotingsruimte

1

Post onvoorzien

139

Stille reserves

p.m.

Onbenutte belastingcapaciteit

1.681

Totaal

29.536

Ad 1. Algemene reserve   

Bedragen in duizenden euro's

Stand 31-12-2020

Algemene reserve vrij aanwendbaar

3.586

Vastgelegde algemene reserve

24.129

Totaal

27.715

  • De algemene reserve vrij aanwendbaar wordt ingezet voor onvoorziene investeringen.
  • De vastgelegde algemene reserve werd als vaste buffer gebruikt, omdat hier rente over

berekend werd die als dekkingsmiddel in de exploitatie werd opgenomen. Vanaf de
begroting 2017 is deze rentetoerekening echter niet meer van toepassing. Deze reserve
kan dan ook ingezet worden ter dekking van risico's.

Ad 2. Begrotingsruimte
Als de begroting sluit met een positief saldo, is sprake van begrotingsruimte. Deze kan ingezet worden voor financiële tegenvallers.

Bedragen in duizenden euro's

Begroting 2020

Resultaat

1

Totaal

1

Ad 3. Post onvoorzien            

Bedragen in duizenden euro's

Onvoorzien begroting 2020

Incidenteel

Structureel

Onvoorzien

0

139

Totaal

0

139

De post onvoorzien is ter dekking van niet voorziene uitgaven.

Ad 4. Stille reserve
Stille reserves zijn niet-bedrijfsgebonden eigendommen van een gemeente met een hogere waarde in het economisch verkeer dan de boekwaarde. Stille reserves dragen bij aan de weerstandscapaciteit, omdat een deel van de eigendommen kan worden verkocht boven de boekwaarde. Hierdoor wordt winst gerealiseerd. Deze winst kan worden ingezet ter afdekking van financiële tegenvallers.  Het betreft hier met name de overwaarde op het onroerend goed van de gemeente bestaande uit gebouwen en grond (inclusief ongeveer 1.400 ha bos en natuurterreinen).

Ad. 5 Onbenutte belastingcapaciteit
De gemeente kan haar belastingen verhogen om financiële tegenvallers op te vangen. Het verschil tussen de opbrengsten bij maximale tarieven en de geraamde opbrengsten is de onbenutte belastingcapaciteit.

Voor de berekening is uitgegaan van het jaar 2019, waarin het maximale tarief van de Woz-waarde 0,1905% bedraagt. Genoemd tarief wordt ook gehanteerd voor toelating tot artikel 12-status. In het geval de artikel 12-status de gemeente valt te verwijten, blijft het altijd mogelijk om lopende het artikel 12-traject belastingvoorschriften op te leggen. In de regel tot de huidige grens van 140% van het gemiddelde tarief, maar in uitzonderingsgevallen wordt een hogere opslag niet op voorhand uitgesloten.

Wanneer het berekende gemiddelde OZB-tarief voor de gemeente lager is dan het percentage voor toelating tot artikel 12 is er in principe sprake van een onbenutte belastingcapaciteit, immers een verhoging van het OZB-percentage zal nodig zijn om voor een aanvullende uitkering in aanmerking te komen. In onderstaande tabel is bij benadering aangegeven welke opbrengst deze verhoging genereert. In dit rapport is ervoor gekozen het verschil in percentage te vermenigvuldigen met de woz-waarde van de woningen + de woz-waarde van de niet-woningen. Bij een daadwerkelijke aanvraag zal een meer nauwkeurige berekening aan de orde zijn.

Onbenutte belastingcapaciteit t.o.v. “artikel-12 norm”

OZB-percentage van de Woz-waarde voor toelating art.12

0,1905%

Werkelijk gewogen % Woz-waarde gemeente

0,1339%

Verschil

0,0566%

Onbenutte belastingcapaciteit

1.681.451

Bij de berekeningen is uitgegaan van de huidige totale Woz-waarde. Het bedrag van € 1.681.451 geeft aan hoeveel de OZB-inkomsten nog maximaal verhoogd kunnen worden. Het genoemde tarief van 0,1905 % is het maximale tarief.