Rioolheffing en rioolaansluitrecht

Rioolheffing

Met de rioolheffing worden de kosten die de gemeente maakt voor de uitvoering van de zorgplichten voor afvalwater en voor hemel- en grondwater verhaald. Deze heffing mag hooguit kostendekkend zijn. Het geactualiseerd “Verbreed gemeentelijk rioleringsplan” (v-GRP) met bijbehorend kostendekkingsplan is in de raadsvergadering van december 2017 behandeld. Hierin is de hoogte van de heffing in 2018 en de ontwikkeling van de heffing voor de daarop volgende jaren aangegeven. Hierbij is bepaald dat er nog rekening gehouden dient te worden met het inflatiecijfer.

In onderstaande grafiek opgenomen tarieven zijn gebaseerd op het geactualiseerde v-GRP.

De rioolheffing wordt geheven van degene die op 1 januari eigenaar is van een WOZ-object. Hiervoor is een directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering niet noodzakelijk. De tarieven zijn gedifferentieerd naar woning, niet-woning en een “kwart”-tarief voor objecten met een vloeroppervlak dat kleiner is dan 40 m².

In de rioolheffing 2020 is een spaarcomponent ad. € 70,57 opgenomen voor vervangingsinvesteringen. Het bedrag dat tot en met 2020 voor geplande vervangingen is gereserveerd maar niet is uitgevoerd, wordt conform BBV in de voorziening artikel 44 lid 2 gestort.

Rioolaansluitrecht

De aansluitkosten voor aansluiting op een gemengd stelsel en voor aansluiting op een gescheiden stelsel worden normaliter conform bestaand beleid verhoogd met het inflatiepercentage van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de tarieven worden vastgesteld. Echter in de kadernota 2020 is aangegeven dat de prijzen/aansluitkosten niet geïndexeerd worden (0%).